Zeefanalyse

Workflows voor bepaling van korrelgrootteverdeling digitaliseren en automatiseren

Bel ons voor een offerte
Analyse van de deeltjesgrootteverdeling met een zeefanalyse

High-Throughput Experimentation (HTE)

 

Workflow voor zeefanalyses

Voorbereidingsstappen
1. Methodeontwikkeling: op basis van het te testen materiaal een geschikte standaardmethode kiezen, de juiste zeven in de stapel selecteren om een gelijkmatige verdeling op elke zeef te garanderen, en de vereiste hoeveelheid monster bepalen. Voorafgaande tests kunnen helpen bij het specificeren van deze parameters
2. Voorbereiding van zeven of stapels, bijv. vooraf registreren van de zeven (t.b.v. identificatie en tarragewicht)
3. Bemonstering
4. Monstervoorbereiding, bijv. voordrogen, conditioneren of monsterverdeling

Zeefweegstappen
5. Weeg zeven leeg, van onder naar boven of vanuit de pan (A), de kleinste maaswijdte (B) tot de grootste maaswijdte (E); identificeer elke zeef, trek de tarra ervan af
6. Voeg het monster toe
7. Zeven (handmatig of met de zeefschudder)
8. De fracties terugwegen in elke zeef, van boven naar beneden of van de grootste maaswijdte naar de kleinste maaswijdte
9. Resultaatanalyses, evaluatie en interpretatie

Onderhoud van de apparatuur
Net als andere precisiemeetinstrumenten in het laboratorium, hebben testzeven regelmatig onderhoud nodig om de prestatienorm te handhaven:

  • Zorgvuldige reiniging na elke run
  • Prestatiecontroles vóór gebruik en periodieke routinecontroles, bijv. testen met proficiency testmonsters
  • Kalibratie: periodieke kalibratie en hercertificatie van testzeven (ASTM E11 of ISO 3310-1).

 

Resultaten van een zeefanalyse met een zeefkromme in de grafiek

Static Image Analysis (SIA) wordt voornamelijk gebruikt om smalle grootteverdelingen te meten, met de nadruk op het karakteriseren van zeer fijne deeltjes. Het levert deeltjesafbeeldingen met een hoge resolutie die een uiterst nauwkeurige beschrijving van grootte en vorm mogelijk maken, maar het is tijdrovend. SIA wordt voornamelijk gebruikt in onderzoek en ontwikkeling.
Standaard: ISO 13322-1.

Dynamic Image Analysis (DIA) is een op aantallen gebaseerde methode voor de karakterisering van deeltjes, die toepasbaar is voor monsters groter dan ongeveer 1 µm. Als er ook kleinere deeltjes gemeten moeten worden, is laserdiffractie (LD) de methode bij uitstek. DIA is een moderne methode voor de karakterisering van deeltjesgrootte die ideaal geschikt is voor routinemetingen van bulkgoederen, poeders, korrels en suspensies. In veel industrieën heeft de DIA de traditionele zeefanalyse al vervangen.
Standaard: ISO 13322-2.

Static Light Scattering (SLS) of Laser Diffraction (LD) kunnen op volume gebaseerde verdelingen, farmaceutica (API) en PSD in vloeistoffen en slurries bepalen. Laser Diffractie is de meest gebruikte methode voor het bepalen van deeltjesgrootteverdelingen, anders dan de traditionele zeefanalyse. Deze methode is gebaseerd op de afbuiging van een laserstraal door een geheel van deeltjes gedispergeerd in een vloeistof- of luchtstroom.
Standaard: ISO 13320.

Dynamic Light Scattering (DLS) is gebaseerd op de Brownse beweging van gedispergeerde deeltjes in oplossing. Het is een niet-invasieve techniek voor het meten van de grootte en grootteverdeling van moleculen en deeltjes in het submicronbereik.
Standaard: ISO 22412.

 

Deskundig advies bij zeefanalyses

 

Uitdagingen voor zeefanalyses

 

Zeefanalyse versterkt met balansen en software

 

Download de gratis eGuide voor succesvolle zeefanalyses (PDF)

FAQ

Veelgestelde vragen over zeefanalyse

Wat is de aanbevolen monstergrootte voor zeefanalyse?

Bij zeefanalyse-experimenten bestaat vaak de neiging om te grote monsters te gebruiken, omdat men aanneemt dat dit de testresultaten nauwkeuriger zal maken. Dit gaat echter ten koste van de nauwkeurigheid van het resultaat, omdat elk afzonderlijk deeltje niet de kans krijgt om zich op het oppervlak van de testzeef te presenteren. Over het algemeen wordt een monster van 25-100 g aanbevolen. Er bestaat een procedure om de juiste monstergrootte vast te stellen, waarbij een monsterverdeler wordt gebruikt om het monster tot verschillende gewichten te reduceren (25 g, 50 g, 100 g, 200 g) en monsters in de verschillende gewichtsklassen worden getest. Als uit de test met een monster van 50 g blijkt dat ongeveer hetzelfde percentage door de fijne zeef gaat als uit een monster van 25 g, terwijl een monster van 100 g een veel lager percentage doorlaat, zou dit erop wijzen dat het monster van 50 g de juiste grootte is.

Wat is het verschil tussen zeefdiameters in ASTM-standaarden en deze volgens de ISO/BS-standaarden?

In de ASTM-normen worden zeefdiameters gemeten in inches, terwijl in de ISO/BS-normen millimeters worden gebruikt. Er is een klein verschil tussen een diameter van 8 inch en 200 mm of 12 inch en 300 mm. In werkelijkheid is 8 inch gelijk aan 203 mm en 12 inch aan 305 mm. Daarom kunnen testzeven met een diameter van 8 inch en 200 mm niet genest worden, evenmin als testzeven met een diameter van 12 inch en 300 mm.

Wat zijn de verschillen tussen maasnummers en draadafstand in ASTM-standaarden vergeleken met ISO/BS-standaarden?

Het aantal mazen staat voor het aantal draden per inch (25,4 mm). Zeven van geweven draad worden verkocht met het aantal mazen of met de afstand tussen de draden. De Amerikaanse ASTM-normen gebruiken het aantal mazen, terwijl de internationale ISO/BS- en Britse normen meestal de afstand tussen de draden gebruiken.

Hoe beïnvloedt de luchtvochtigheid in het laboratorium de zeefanalyse?

Zeer droge omstandigheden kunnen ervoor zorgen dat fijne poeders zich met sterke elektrostatische ladingen aan zowel de zeefonderdelen als aan elkaar hechten. Idealiter moet de relatieve vochtigheid (% RH) tussen 45% en 60% liggen.

Wat zijn de voordelen van zeefanalyse ten opzichte van alternatieve technieken, zoals beeldanalysemethoden?

De voordelen van zeefanalyse zijn onder andere lage investeringskosten, eenvoudige bediening, nauwkeurige en reproduceerbare resultaten in relatief korte tijd en de mogelijkheid om deeltjesgroottefracties te scheiden. Daarom wordt deze methode vaak gebruikt in plaats van methoden met laserlicht of beeldverwerking.

Wat zijn de beperkingen van een zeefanalyse?

Eén beperking is het aantal groottefracties dat verkregen kan worden, wat de resolutie beperkt. Een standaard zeefstapel bestaat uit maximaal 8 zeven, wat betekent dat de deeltjesgrootteverdeling gebaseerd is op slechts 8 datapunten. Andere beperkingen zijn dat deze techniek alleen werkt met droge deeltjes, dat de minimale meetlimiet 50 µm is, en dat de methode nogal tijdrovend kan zijn.