Pipetten voor onderzoek naar de stressrespons in cellen

Alle organismen worden gedurende hun leven blootgesteld aan stress, zowel op korte als op lange termijn. Als gevolg daarvan kunnen de genomen, epigenomen en proteomen van cellen schade oplopen die hersteld moet worden om de normale celwerking te handhaven. Naarmate de organismen echter ouder worden, neemt hun vermogen om te reageren op zowel gewone slijtage als op buitengewone spanningen af. Denk hierbij aan een hoge temperatuur of toxines.

Het onderzoek dat plaatsvindt in het Dillin-laboratorium van de University of California in Berkeley richt zich op de manier waarop organismen reageren op stress en de effecten van stress op cellulair niveau verminderen. Ook wordt bekeken hoe dergelijke reacties in oudere organismen kunnen worden gestimuleerd. Dit werk is in het bijzonder gericht op de vraag hoe ouderdomsgerelateerde ziekten een direct verband houden met een gereduceerde stressrespons, zoals diabetes en kanker, en hoe dit kan worden verminderd om gezonder ouder worden te bevorderen.

Dr. Ryo Higuchi-Sanabria in het Dillin-laboratorium van de Universiteit van Californië in Berkeley

Een belangrijk element van het onderzoek in het Dillin-laboratorium is het identificeren van de genetische paden die betrokken zijn bij de stressrespons. Ryo Higuchi-Sanabria, een postdoctorale medewerker in het laboratorium, voert dit onderzoek uit in het C. elegans modelsysteem door screening van het hele genoom en validatie van het doel. Een essentiële aanpak is het screenen van RNA-interferentie (RNAi), waarbij C. elegans nematoden worden blootgesteld aan een RNAi-bibliotheek die is opgeslagen in 96- of 384-wells-platen.

Elke well van de bibliotheek bevat een cassette die één van de ca. 20,000 C. elegans-genen kan terugdringen, zodat nematoden die met deze cassette behandeld worden, niet beschikken over de RNA of proteïne die wordt gecodeerd. De nematoden worden vervolgens onderworpen aan bepaalde stressbehandelingen. Als de nematoden die de functie van een bepaald genproduct niet hebben, een betere of gereduceerde overleving vertonen na de stressbehandeling, dan kunnen de genetische paden waarin ze aanwezig zijn een rol spelen bij de stressrespons.

Nadat de kandidaat-stressgerelateerde genen door screening zijn geïdentificeerd, gebruiken Dr. Higuchi-Sanabria en zijn collega's kwantitatieve PCR om te verifiëren of de expressie van de genen in de onderzochte nematoden echt is teruggedrongen. Gezien de duizenden genen van C. elegans, moet voor het voorbereiden van de bibliotheken, het opzetten van de screeningfuncties en het valideren van de kandidaatgenen heel veel worden gepipetteerd. Het Dillin-laboratorium vertrouwt daarbij op de Rainin multichannel pipetten van METTLER TOLEDO.

In 2018 lanceerde METTLER TOLEDO het eerste ‘Supporting Science’-initiatief, waarbij de winnaar de pipet van hun keuze in ontvangst kreeg. Dr. Higuchi-Sanabria had eerder al met Larry Joe, de manager van het Dillin-laboratorium, over de aanschaf van extra Rainin multichannel pipetten gesproken. Hij was vooral geïnteresseerd in een multichannel pipet met instelbare breedte die kan worden gebruikt om monsters tussen microcentrifugebuisjes in een rek en 96- of 384-wells platen over te brengen, of een multichannel pipet van 2-20 μl die op nauwkeurige wijze limietmonsters (3-12 μl) tussen PCR-strips en wells-platen kan overbrengen.

Dr. Higuchi-Sanabria werd door de heer Joe aangemoedigd om deel te nemen aan de ‘Supporting Science’-wedstrijd en de hoofdprijs in de wacht te slepen. Het ingediende onderzoek waarin hij zijn eerdere efficiëntie als barista vergeleek met zijn huidige experimentele verwerkingscapaciteit in het Dillin-laboratorium kwam als winnaar uit de bus.

METTLER TOLEDO kondigt hierbij aan dat Dr. Higuchi-Sanabria en het Dillin-laboratorium een 2-20 μl elektronische multichannel pipet heeft gewonnen, die op nauwkeurige wijze hun screening- en validatieverwerkingscapaciteit zal verbeteren, zonder risico op RSI-klachten.

Bijbehorende producten en oplossingen